Vrij baan voor das, ree, slang en hagedis

[Martijn]

Vrij baan voor das, ree, slang en hagedis

NIJVERDAL - De ree, de das, de boom - en steenmarter en de levendbarende hagedis. Het zijn vier diersoorten die moeten profiteren van het ecoduct over Rijksweg 35 en ónder de spoorlijn, bij het hectometerpaaltje 31,1.

Maar ook de ringslang, de gladde slang, de hazelworm, de zandhagedis en de heikikker moeten straks profiteren van de verbinding tussen het noordelijke en het zuidelijke deel van de Sallandse Heuvelrug. Het ecoduct vormt een schakel in de robuuste (ecologische) verbindingszone die het mogelijk maakt dat dieren een veel groter leefgebied krijgen. Zo kunnen ze straks vanaf de Lemelerberg en het Reggegebied naar de Sallande Heuvelrug trekken. Door de versnippering van natuurgebieden is het leefgebied van veel dieren in de afgelopen decennia alleen maar kleiner geworden. Maar dat wordt anders: het Nijverdalse ecoduct wordt zó breed dat ook het edelhert vanaf de Veluwe ooit hier naartoe kan trekken. Het ecoduct moet daarom dubbel zo breed worden. Terwijl voor veel diersoorten 25 meter voldoende is, moet het ecoduct het edelhert een 50 meter brede overgang bieden.

Waar voor grote dieren een simpele doorgang volstaat, moeten het ecoduct en de 'ecotunnel' voor minder mobiele diersoorten als hagedis en slang voldoende schuilgelegenheden en voedsel gaan bieden. Het tien meter hoge ecoduct is gepland halverwege Nijverdal en Haarle, waar de N35 aan weerskanten in bebosd gebied ligt. Om er een echte faunapassage van te maken, moet het nu gesloten bosgebied meer open worden gemaakt. Met heide, maar ook met (kikker)poelen. Het is de bedoeling dat straks de zijwegen het bos worden voorzien van wildroosters, om te voorkomen dat dieren alsnog de N35 oversteken. Omdat ruiterpaden niet zijn af te sluiten met een wildrooster wordt hier gedacht aan brede klaphekken, zoals die in de boswachterij Kootwijk met succes zijn aangebracht.

Op het ecoduct worden licht en geluid van het verkeer zo goed mogelijk afgeschermd. De ervaring heeft inmiddels geleerd dat de dieren zich daar weinig van aantrekken. De aanwezig van mensen en honden in het gebied is storender, al wordt daarbij aangetekend dat de dieren zich vooral 's nachts en in de vroege ochtend verplaatsen en dan zijn er weinig tot geen mensen (en honden) in de buurt.



Omdat het ecoduct in de buurt van het bezoekerscentrum van Staatsbosbeheer komt, worden wel veel wandelaars in het gebied verwacht. Het plan is om in de eerste twee, drie jaar regelmatig publieksexcursies naar het ecoduct te organiseren. Daarmee wordt voorkomen dat mensen op eigen houtje op verkenning uitgaan, de verbodsborden negeren en met hun aanwezigheid óp het ecoduct met hun geursporen de faunapassage belemmeren. Bestaande paden dichtbij het ecoduct moeten daarom ook worden verlegd. Verder wordt gedacht aan een uitzichtpunt op veilige afstand van het ecoduct.



Op de verbodsborden moet ook een waarschuwing komen dat loslopende honden de rust in het gebied kunnen verstoren. Loslopende honden zijn in het Nationaal Park de Sallandse Heuvelrug sowieso verboden, maar juist in de buurt van het ecoduct moet daar goed op worden toegezien.

Het kadavers verwerkende bedrijf Rendac vormt nog een probleem voor de faunapassage. De geuren kunnen dieren op afstand houden, al treedt mogelijk gewenning op. Wel wordt van het aanbrengen van geurfilters, het gebruik van geluidsarme machines en het afschermen van licht positieve effecten verwacht.

http://www.destentor.nl/salland/article1662163.ece